LANDJE 7592

Inclusief onderwijs, de stip op de horizon

Het onderwijs kan en moet inclusiever. Dat stelt de Onderwijsraad in een advies aan de minister voor basis- en voortgezet onderwijs en media. Maar wat verstaat de Onderwijsraad precies onder inclusief onderwijs? En wat denkt het onderwijsveld zelf van de plannen? Is er voor leerlingen met een beperking plek in het reguliere onderwijs? Om dit te bespreken, heeft de CED-Groep een debat georganiseerd tussen onderwijsprofessionals, de Onderwijsraad en een aantal CED-Groep adviseurs dat zich dagelijks inzet voor de beste kansen voor élk kind.

Inclusief onderwijs, voor wie?

Inclusief onderwijs is echt iets anders dan passend onderwijs. In het rapport Steeds inclusiever focust de Onderwijsraad op leerlingen met een beperking. Met een beperking bedoelt de raad een kenmerk of een aandoening die iemand kan belemmeren om deel te nemen aan bijvoorbeeld onderwijs. De beperking kan lichamelijk en/of mentaal zijn, en structureel of tijdelijk van aard.

Debat Steeds Inclusiever

Waarom is inclusie zo belangrijk?

De samenleving heeft de opdracht om ervoor te zorgen dat mensen met een beperking kunnen meedoen. Inclusie is niet alleen vastgelegd in de Wet gelijke behandeling, het heeft ook een plaats in het VN-verdrag dat Nederland in 2016 ratificeerde. Inclusie slaat naadloos aan op het thema burgerschap.

Inclusief onderwijs wil zeggen dat er in het reguliere onderwijs óók een plek is voor leerlingen met een beperking. Zij moeten worden ondersteund en toegerust om thuisnabij en samen met leerlingen zonder beperking naar school te gaan. Om dat voor elkaar te krijgen is er volgens de Onderwijsraad gericht beleid nodig. Hein Broekkamp, raadadviseur bij de Onderwijsraad, zegt hierover: “Een voorzichtige schatting is dat er 300.000 leerlingen met een beperking zijn. Elke school kan daar dus mee te maken krijgen en moet ermee kunnen omgaan.”

Leren door doen

Als het aan Piet Vogel ligt, coördinator bij samenwerkingsverband Driegang, zou inclusief onderwijs de standaard mogen zijn. In het debat vraagt hij zich hardop af of Nederland er niet bij gebaat zou zijn als élke vierjarige gewoon op een reguliere school kan beginnen. “Op de inclusieve scholen binnen ons samenwerkingsverband zie ik dat ze het geven van inclusief onderwijs vaak makkelijker vinden dan ze aanvankelijk dachten. Waar ze tegen grenzen aanlopen, zoeken ze naar oplossingen. Je leert alleen timmeren door het te doen. Met het geven van inclusief onderwijs is het net zo. Het geven van inclusief onderwijs vraagt om een nieuwsgierige, zoekende houding.”

Inclusieve houding en cultuur

Die nieuwsgierige houding komt vaak terug tijdens het debat. Ook de adviseurs van de CED-Groep zien in de praktijk hoe waardevol het is als er in het team een gezamenlijke drive is om leerlingen met een beperking binnenboord te houden. Dan zijn alle acties erop gericht om het doel te realiseren. Raadsadviseur Hein Broekkamp zegt hierover: “Met de juiste houding en cultuur kun je heel veel winnen, ook binnen het huidige systeem dat misschien niet perfect is. Daarom hebben we in ons advies ook veel voorbeelden opgenomen. Die laten zien: het kan!”

Inclusief onderwijs als toekomstperspectief

Met het rapport Steeds inclusiever wil de Onderwijsraad een toekomstperspectief schetsen. De raad realiseert zich dat inclusief onderwijs niet van vandaag op morgen kan worden gerealiseerd. Stapsgewijs zal het onderwijs steeds inclusiever worden, vandaar ook de titel van het rapport.

Kiek Broekman (directeur-bestuurder bij samenwerkingsverband ppo Aan den IJssel) omarmt de stip aan de horizon, die de Onderwijsraad zet. “Samen met de scholen en besturen willen we bespreken wat we nog meer kunnen doen richting ‘de inclusieve school’. We hebben de ambitie om in mei 2021 een themadag over dit onderwerp te organiseren. Het rapport van de Onderwijsraad kan daar zeker aan bijdragen.”

Samen met de scholen en besturen willen we bespreken wat we nog meer kunnen doen richting ‘de inclusieve school’. We hebben de ambitie om in mei 2021 een themadag over dit onderwerp te organiseren. Het rapport van de Onderwijsraad kan daar zeker aan bijdragen.

Kiek Broekman (directeur-bestuurder bij samenwerkingsverband ppo Aan den IJssel)

Landelijke norm voor inclusief onderwijs

Het is belangrijk te beseffen dat inclusief onderwijs niet vrijblijvend is als het aan de Onderwijsraad ligt. De raad wil dat het een opdracht wordt voor álle scholen. Elke school voor primair en voortgezet onderwijs moet op termijn in elk geval lichte ondersteuning kunnen bieden en toewerken naar het bieden van zwaardere ondersteuning. De Onderwijsraad dringt erop aan dat er een landelijke norm komt, zodat duidelijk is wat er precies onder lichte ondersteuning wordt verstaan. Dat schept duidelijkheid voor leerlingen, ouders en scholen en geeft de inspectie handvatten om toezicht te houden.

Inclusiever onderwijs geldt overigens ook voor mbo-instellingen. Ook zij moeten studenten met een beperking ondersteunen en begeleiden bij de stap naar een vervolgopleiding, de arbeidsmarkt of een zorg-onderwijsvoorziening.

Steeds Inclusiever Onderwijsraad 2020

Bron: Steeds Inclusiever (Onderwijsraad, 2020)

Regulier en speciaal onderwijs dichter bij elkaar

De Onderwijsraad adviseert om regulier en speciaal onderwijs dichter bij elkaar te brengen. Het speciaal onderwijs kan bijvoorbeeld expertise en faciliteiten naar het reguliere onderwijs brengen. Ook kunnen mengvormen ontstaan door beide schoolsoorten op één locatie onder te brengen. Zo ontstaan nieuwe mogelijkheden voor thuisnabij en gezamenlijk onderwijs voor leerlingen met een beperking.

Auris (speciaal onderwijs/cluster 2) heeft hier de laatste jaren al veel ervaring mee opgedaan, vertelt regiodirecteur Annelies de Leeuw. Over het project, waarbij ook de CED-Groep nauw betrokken is, zegt Annelies: “We kijken hoe we een brug kunnen slaan tussen de specialistische expertise die wij in cluster 2 hebben en het reguliere onderwijs. De ondersteuningsbehoefte van het kind is het uitgangspunt. Op basis daarvan stellen we een maatwerkarrangement samen, waarmee het kind naar het reguliere onderwijs kan gaan. Op die manier proberen we de leerling én de school zo goed mogelijk te ondersteunen.”

We kijken hoe we een brug kunnen slaan tussen de specialistische expertise die wij in cluster 2 hebben en het reguliere onderwijs. De ondersteuningsbehoefte van het kind is het uitgangspunt. Op basis daarvan stellen we een maatwerkarrangement samen, waarmee het kind naar het reguliere onderwijs kan gaan. Op die manier proberen we de leerling én de school zo goed mogelijk te ondersteunen.

Annelies de Leeuw, Regiodirecteur Auris

Professionalisering inclusief onderwijs

Het vraagt veel van onderwijsteams in het reguliere onderwijs om leerlingen met een beperking op te nemen. Daar is niet alleen een inclusieve mindset voor nodig, maar ook expertise. Inclusief onderwijs zou volgens de Onderwijsraad daarom een plek moeten krijgen in initiële lerarenopleidingen en nascholingsprogramma’s.

Stichting CED-Groep levert hieraan graag een bijdrage. Kansengelijkheid is voor ons een belangrijke drijfveer. Al ruim een halve eeuw zetten wij ons in voor de optimale ontwikkeling van álle kinderen, ook van kinderen met een beperking. Scholing en ondersteuning van onderwijsprofessionals en advisering op beleidsniveau zijn kernactiviteiten, evenals de ontwikkeling van leermiddelen en impactvolle aanpakken, zoals ‘Anders organiseren’ en ‘Opbrengstgericht werken in 4D’. We zijn actief in een breed werkveld: van kinderopvang tot en met het mbo, in regulier en speciaal onderwijs.

Meer lezen?

Lees het rapport Steeds Inclusiever Onderwijsraad (2020).

Logo in rondje

Meer weten?

Wij gaan graag met je in gesprek. Neem contact op met Hanke Geurts (Unitmanager special onderwijs, CED-Groep)

x