Schermafbeelding 2023 01 09 142704

Brede brugklas maakt differentiëren noodzakelijk

Pascal Zuid (Zaandam) biedt alle vmbo-richtingen aan. Om alle leerlingen de beste kansen te bieden, introduceerde de school twee jaar geleden een brede, tweejarige brugklas. In die brede brugklassen zijn de verschillen tussen leerlingen fors. Daarom is differentiëren cruciaal.

Pascal Zuid is een vrij kleine school in Poelenburg, een zogenoemde kanswijk. Teamleider Mark Roest vertelt dat veel gezinnen een migratieachtergrond hebben en op of onder het sociaal minimum leven. Mark: ‘Voor een heleboel leerlingen is onze school de plek waar ze zichzelf kunnen zijn en waar ze hopelijk een deel van hun zorgen los kunnen laten. We willen alle leerlingen gelijke kansen geven. Zoals onderwijskundige Carol Ann Tomlinson zegt: om leerlingen gelijke kansen te geven, moet je ze ongelijk behandelen.’

Welk niveau past
In dit kader introduceerde de school twee jaar geleden de brede, tweejarige brugklas. Mark: ‘In de brede brugklas krijgen leerlingen langer de tijd om te laten zien welk niveau het beste bij ze past. Ons doel is om de leerlingen minimaal op het niveau van het basisschooladvies door te laten stromen naar de bovenbouw. We zien echter dat er ook leerlingen zijn die dankzij de brede brugklas langzaam naar een hoger niveau groeien en bóven hun basisschoolniveau doorstromen.’

We willen alle leerlingen gelijke kansen geven. Zoals onderwijskundige Carol Ann Tomlinson zegt: ‘om leerlingen gelijke kansen te geven, moet je ze ongelijk behandelen.’

Mark Roest, teamleider Pascal Zuid, Zaandam

Beste startpositie
Om leerlingen vanaf dag één goed te bedienen en te laten groeien binnen hun eigen mogelijkheden, gebruikt de school de informatie uit het onderwijskundig rapport van de basisschool. Dat OKR geeft onder meer inzicht in toetsresultaten en ondersteuning die de leerling kreeg, bijvoorbeeld op het gebied van faalangst, sociale vaardigheden of dyslexie. Teamleider Patricia Stevense: ‘Dankzij het OKR hebben we dus al best veel informatie, zo nodig vindt ook een warme overdracht plaats. We bepalen wat er voor een kind nodig is en hoe we kunnen zorgen voor de best mogelijke startpositie. Waar nodig brengen we de mentor, docenten of het zorgteam in stelling. Kortom, we differentiëren in de ondersteuning en begeleiding van leerlingen.’

Zicht op de leerling
Patricia benadrukt dat alles draait om het zicht op de leerling. ‘Als je geen zicht hebt, kun je niet aan de behoeften van de individuele leerling voldoen. Stel een leerling komt hier binnen met een rekenniveau van midden groep 4. Als je het jaar dan met hoofdstuk 1 van het boek begint, ziet die leerling water branden en ben je hem of haar in no time kwijt. Als je dat van tevoren weet, kan je erop acteren, bijvoorbeeld met meer leertijd, andere stof of extra hulp. Zo kan de leerling succeservaringen opdoen en vanuit daar groeien.’

Onbewust bekwaam
Differentiëren is een effectieve manier om met de verschillen tussen leerlingen om te gaan. Afgelopen schooljaar heeft de CED-Groep alle docenten geschoold. Mark: ‘Een van de mooie eyeopeners van de scholing was dat veel collega’s onbewust bekwaam zijn. Er zit al heel veel expertise in hun rugzak. Zo’n scholing helpt om die rugzak weer eens eventjes af te stoffen om dingen goed en bewust in te zetten.’ Boutaina Aghsaine, docent Engels, is erg te spreken over de scholing. ‘Ik vond het verhelderend en praktisch. Het was heel fijn en leerzaam dat we allerlei dingen zelf moesten gaan doen en uitproberen.’ Naast de studiemomenten vonden er bij de docenten die dat wilden ook lesbezoeken plaats. Zo werd er dus ook binnen de scholing gedifferentieerd.'

Alles draait om het zicht op de leerling: ‘Als je geen zicht hebt, kun je niet aan de behoeften van de individuele leerling voldoen.’

Patricia Stevense, teamleider Pascal Zuid, Zaandam

BIT-arrangementen
Bij het differentiëren gebruikt Pascal Zuid BIT-arrangementen. Daarbij verdelen docenten hun klas in 3 à 4 subgroepjes: de gemiddelde groep, de sterke groep en (zeer) zwakke groep. Elk subgroepje heeft een eigen arrangement. De gemiddelde groep krijgt een basisarrangement, de sterke leerlingen krijgen een toparrangement en de (zeer) zwakke leerlingen krijgen een (zeer) intensief arrangement. De arrangementen verschillen bijvoorbeeld op het gebied van instructie, verwerking en leertijd.

Niet bij alle vakken hetzelfde
Voor het indelen van de subgroepjes gebruikt docent Boutaina onder meer formatieve en summatieve toetsen en kijkt ze naar het huiswerk. Zij legt uit: ‘De indeling in subgroepjes kan gedurende het jaar veranderen. De subgroepjes zijn ook niet bij alle vakken hetzelfde. Een leerling kan bij Engels bijvoorbeeld het toparrangement krijgen maar bij wiskunde een intensief arrangement.’ Angela Kalksma, docent Biologie, benadrukt hoe fijn dat is: ‘Als je bij alle vakken in het ‘zwakke groepje’ zou zitten, is dat natuurlijk helemaal niet motiverend.’

Instrueren per arrangement
Boutaina illustreert hoe haar instructie per arrangement verschilt: ‘Ik start de les doorgaans met een algemene uitleg, waarna de leerlingen met het basis- en toparrangement vrij snel aan het werk kunnen. De leerlingen met het intensieve arrangement geef ik extra uitleg. Wanneer ook zij aan het werk zijn, kom ik terug bij de sterke leerlingen om dieper op de stof in te gaan of om bijvoorbeeld samen moeilijker zinnen te oefenen.’

De subgroepjes zijn ook niet bij alle vakken hetzelfde. Een leerling kan bij Engels bijvoorbeeld het toparrangement krijgen maar bij wiskunde een intensief arrangement.

Boutaina Aghsaine, docent Engels Pascal Zuid, Zaandam

Eindtermen voor ogen
Bij het differentiëren kijkt de school ook kritisch naar de leerstof. Aan alle vakgroepen is gevraagd: wat moeten leerlingen kennen en kunnen op hun examen en wat betekent dat voor de stof die je gedurende vier jaar aanbiedt? Angela illustreert hoe dat bij biologie heeft uitgepakt: ‘De eindtermen voor vmbo-basis en vmbo-tl zijn heel verschillend, maar toch gebruikten wij een boek dat zich op alle leerwegen richt. Voor de vmbo-basisleerlingen was dat boek te moeilijk en te diepgaand, voor de tweetalige leerlingen was vooral de taal een struikelblok. Daarom gaan de leerlingen met het basis- en intensieve arrangement komend schooljaar met een ander boek werken. De leerlingen in het toparrangement gaan we de verdieping los aanbieden.’

Borging
Het differentiëren vraagt veel van docenten. Angela: ‘Het is een proces, waarin we dingen aanpassen en nieuwe dingen opzetten. Met elkaar draaien we voortdurend aan knopjes, zodat het voor de leerlingen het beste werkt.’ Om te zorgen voor een goede borging wordt komend schooljaar een expertgroep geformeerd met docenten die al heel goed bezig zijn met differentiëren. Zij krijgen de rol van interne coach en gaan dus onder andere bij collega’s op lesbezoek. Zo zal het differentiëren op Pascal Zuid nog steviger verankerd worden.

Ook aan de slag met differentiëren in het vo?

In de webshop: Differentiëren in de praktijk
Bekijk het boek
x